Over vallende rotsen, misselijke tochtjes en cowboykleding

29 januari 2017 - Wellington, Nieuw-Zeeland

Maar eerst over Hobbiton. De filmset waar ´Lord of the Rings´ en ´the Hobbit´ zijn opgenomen.
Met recht wordt dit een geldmachine genoemd. Voor een ticket betaal je maar liefst NZ$ 79. En dan te bedenken dat er elk kwartier een groep van zo´n 30 mensen wordt rondgeleid. Elk kwartier! Zeven dagen per week, van 8 uur ´s ochtends tot 18.00 uur ´s avonds.
En toch doen we het! De toer van 8 uur ´s ochtends want dan lopen er tenminste nog geen andere groepen door je foto´s heen. Het is een leuke rondleiding waarin allerlei weetjes over de acteurs en over de opnames wordt verteld. En de huisjes en de omgeving zien er echt super cool uit. We lopen door de groentetuin langs de verschillende hobbithuisjes die we ook echt uit de film herkennen. Ze hebben deze huisjes zowel in groot als klein formaat gemaakt om het verschil in grote tussen de hobbits en Gandolf te kunnen benadrukken. We eindigen de toer in ´the green dragon´ waar we om tien uur ´s ochtends een biertje drinken die Milou meteen doet wankelen op haar benen.

We vertrekken naar Rotuara. De plek die bekent staat om zijn geisers en een constante rotte eierengeur van de zwavel. Vanaf hier vertrekken we de volgende dag richting Taupo. Een mooie route waarbij we allerlei stops maken bij bezienswaardigheden. Geisers die meters omhoog spuiten, borrelende modderpoelen en warmwaterstromen waar we lekker in badderen. Een super actief gebied dus.

Wanneer we verder zuidelijk rijden komen we bij het Tongariro National Park. Eén van de mooiste daghikes van Nieuw Zeeland gaan we hier lopen, genaamd de Tongariro Alpine Crossing. We moeten een dagje wachten in verband met slecht weer, maar we worden beloond met een prachtig mooi weertje. Om kwart over zes ´s ochtends hebben we afgesproken met een Nederlands stelletje om te carpoolen. Er gaan hier alleen toeristenbussen die NZ$ 30  per persoon vragen voor een busrit van een kwartier om aan het eind van de wandeling weer naar je auto te worden gebracht. Dit weten we met zijn vieren toch mooi even te besparen. De wandeling bestaat uit een 19,5 km durende toch door (zoals de naam al doet vermoeden) alphine gebied. Na een kilometer of zeven stoppen we bij een grote berg genaamd Mount Ngauruhoe beter bekend als Mount Doom. In Lord of the Rings wordt de ring in deze berg gegooid.

De berg beklimmen kost nog eens drie uur extra maar natuurlijk zeggen we hier geen nee tegen.
De tocht omhoog blijkt behoorlijk zwaar en nog gevaarlijk ook. We lopen door mul zand een helling van 45 graden op. Voor elke stap omhoog zak je ook bijna weer een hele stap naar beneden. Het is echt een beproeving. Daarbij moet je ook nog eens oppassen dat er geen rotsen naar beneden rollen. Elke paar minuten wordt er vanaf boven wel geschreeuwd; ROCKS! Iedereen stopt om te luisteren waar het geluid vandaan komt en of ze iets zien vallen.
Dan, wanneer we halverwege de berg zijn, komt er een rots met een diameter van ongeveer een meter naar beneden. Bovenaan de berg rolt hij nog maar door de steile helling maakt hij meer en meer vaart en vliegt door die door de lucht en stuitert naar beneden. Mensen proberen van het pad af te klimmen, zover mogelijk weg van de rots, er heerst paniek. De rots kan makkelijk van koers wijzigen en is dus heel onvoorspelbaar. Gelukkig dendert het ding langs ons heen, maar de schrik zit er goed in. Ze hadden misschien wel even iets beter kunnen waarschuwen en duidelijkere paden kunnen maken.
We klimmen weer door en Erwin komt erachter dat er een stuk links van ons een veel beter te belopen pad is. Dus kruipen en klimmen we over losliggende rotsen naar de andere kant toe. De weg door het mulle zand die wij hadden genomen bleek voor de weg naar beneden te zijn en dit laatste stukje loopt inderdaad iets makkelijker.
Als we naar 2,5 uur boven zijn wordt de inspanning beloond. We hebben een super mooi uitzicht over kraters vol met groen en blauw water en aan de andere kant zien we een berg die nog helemaal in sneeuw gehuld is. Uit de berg komt her en der wat rook zetten, het bewijs dat deze bergen toch niet zomaar bergen zijn maar vulkanen die nog steeds actief zijn. De weg naar beneden is een stuk makkelijker. Door het mulle zand zakken we naar beneden waarbij dit Erwin vooral erg makkelijk afgaat en Milou nog een keer of vijf op d’r kont beland.
Bekaf komen we beneden aan, nog maar 13 kilometer te gaan. En helaas geen vlakke paden zoals in Nederland maar berg op, berg af. Het is het meer dan waard, we lopen langs felblauwe meren, kraters en op het laatst nog een stuk regenwoud.
Uiteindelijk zitten we 9 uur later weer in de auto. Helemaal bekaf maar ook onder de indruk van wat we hebben gezien en gedaan.

De volgende dag vertrekken we naar Levin. We zijn uitgenodigd bij een familie in Levin. Hun zoon en zijn vriendin hebben we leren kennen bij het Hot Water Beach uit het vorige verhaal. Marielle en Chris pikken ons op ergens in het centrum en achter hen aan rijden we het centrum uit, naar het huis van Chris toe. Eenmaal aangekomen ontmoeten we de ouders en zien we waar ze wonen. Vanuit elk raam kijk je uit op groene heuvels, weilanden met wat koeien, schapen en paarden erop.
Na het eten rijden we met de quad naar de top van de heuvel en zien vanaf daar de zon ondergaan. Wat een ruimte en wat een omgeving. Zo zouden we allemaal wel willen wonen!
De volgende dag vraagt Chris of we soms nog even willen schieten. In Nieuw Zeeland is het heel makkelijk om een schietvergunning te krijgen en kun je een geweer gewoon in een winkel in het centrum kopen. Je moet natuurlijk wel aan een aantal eisen voldoen. Zo moet je een kluis in je huis hebben en moet je een test afnemen.
We lopen het heuvelachtige weiland in en proberen het stuk karton met sterren dat verderop in de heuvels staat, te raken. Het lijkt erop of Erwin vaker geoefend heeft met vogelschieten want hij weet verrassend dicht bij de komen. Ik ben vooral blij met mijn oordoppen, wat maakt zo’n geweer een herrie zeg.

In Wellington gaan we naar het Te Papa museum. Nu zijn wij niet van die museumgangers en verwachten we hier ook snel weer weg te zijn, maar verrassend genoeg is het heel interessant. Er wordt in het museum aandacht aan van alles besteed, van de dieren die er in Nieuw Zeeland leven, tot aan de immigrantenstroom door de jaren heen. Van aardbevingen en vulkanische uitbarstingen tot aan de Maori cultuur. Vlak voor sluitingstijd verlaten we het museum, nog lang niet uit gekeken maar wel met een hoofd vol nieuwe informatie.

De laatste dag op het noordereiland brengen we weer door met Marielle en Chris die naar Wellington zijn gekomen. We gaan naar de Sevens, een wereldberoemde rugby wedstrijd. Want wat is een reis naar Nieuw Zeeland zonder een wedstrijdje rugby. Chris heeft van de boerderij van zijn ouders wat cowboykleding meegenomen. En dus gaan we, half verkleed als een stelletje cowboys naar de wedstrijd. Door de jaren heen is het spektakel wat minder populair geworden doordat de politie iets te hard optreedt tegen dronken supporters, maar desondanks het leuk om te zien. De verklede mensen trekken soms meer de aandacht dan de rugby zelf, het is net de carnaval in het zuiden van ons land. We sluiten af met een super lekkere pizza in een sportcafé en maken ons op voor de overtocht naar het zuidereiland voor de volgende dag.

Foto’s

2 Reacties

  1. Dirk:
    7 februari 2017
    Mooi verhaal met dito avonturen Er en Milou! Zo te lezen hebben jullie het prima naar de zin. Geniet ervan! Doen wij hier ook van jullie prachtige foto's....Blijf genieten!
  2. Cary en marjon:
    9 februari 2017
    Leuke verhalen ik gedachten reis ik met julie mee. Liefs Marjon